ONTWIKKELEN IS PERMANENT | CASUS SURPLUS

15 januari 2022

arrow_back Ga terug

De situatie

Frank vertelt over een medewerker van hem, Annabel, die onder het gemiddelde scoorde op een aantal competenties. “Zij kwam met lood in haar schoenen binnen, alsof haar laatste uur had geslagen. Juist omdat ik begon met hier ben je goed, dit past heel goed bij je, draaide het gesprek helemaal om en zo licht als een veertje ging ze naar buiten. De kracht van wat je wel kunt, en daarop in zetten, en laat maar even liggen wat niet zo goed gaat. Dat geeft die boost aan alle mensen.”

We hebben Annabel haar reactie gevraagd. Zij is al 15 jaar uitvoerend Maatschappelijk Werker binnen de gemeente Drimmelen en helpt mensen op allerlei gebied, relationeel, opvoeding, huisvesting, conflicten op het werk, rouwverwerking, enzovoort.

“Mijn allereerste kennismaking was via een overleg van de afdeling,” vertelt Annabel, “en Frank gaf aan welk traject we zouden gaan doen. Mijn eerste reactie was: O, daar gaan we weer. Want we hebben ooit iets soortgelijks gedaan, maar dat is in de kast beland. Deze reactie gold denk ik voor de meeste collega's. Maar goed, ik ben daar vrij nuchter in. Als Surplus dat wil, ga ik dat gewoon netjes doen. Dus ik was sceptisch maar volgzaam”.

Ze heeft dus keurig de Talentenscan online ingevuld nadat zij een testcode had ontvangen. Rustig op kantoor. Zij ontving later haar rapport per mail van P&O.

“Ik vond dat toen heel leuk om te lezen. Het was ook herkenbaar en ik kon me er ook in vinden. Maar ik had ook best veel lage scores. Toen had ik wel: O jee! Ik had dus ook het idee "ik scoor helemaal niet goed. Ik vlieg er uit!!".

Annabel vond het leuk omdat er dingen in stonden die ze herkende, en dat vond zij frappant op basis van de vragen die ze gemaakt had. Maar goed, aan de andere kant werd zij geconfronteerd met haar minder sterke punten, en daar schrok zij van.

“Dat ik heb ik ook direct gezegd: ik zit hier met lood in mijn schoenen. Maar toen kwam het mooie, vind ik dan wel, dat waar ik het juist negatief interpreteerde, Frank juist de positieve dingen naar voren bracht. Dus gedurende dat gesprek dacht ik 'het valt wel mee, het is niet slecht'. Het bleek een heel prettig gesprek en ik was volledig gerustgesteld. Het ging niet over de eentjes en tweetjes maar over de vijven en de zessen. Hij gaf overal een positieve draai aan. Dat was prettig”. En ze lacht. “Ik zit er nog steeds, hoefde er niet uit... Achteraf zeg ik: het was een goede start voor een ontwikkeltraject voor mij”.

Plan van aanpak

Annabel geeft aan dat zij een verslag heeft gemaakt van het gesprek, waar zij heeft beschreven welke uitdagingen er voor haar liggen om mee aan de slag te gaan. Daar heeft Frank een plan van aanpak op gemaakt.

We vragen haar om daar een voorbeeld van te geven.

“Okee”, zegt Annabel, “ik zal het concreet maken. Ik scoorde laag op ondernemerschap en daar wilde ik zelf ook heel graag iets mee doen. Toen heeft Frank een voorstel gedaan over bemoeizorg. Surplus neemt die voor haar rekening in de gemeente Oosterhout, maar niet binnen de gemeenst Drimmelen, waar ik werkzaam ben. Dat doen andere organisaties. Ga eens kijken of het de moeite loont dat Surplus dat ook in de gemeente Drimmelen gaat uitvoeren. Of ik daar onderzoek naar zou willen gaan doen: hoeveel cliënten zijn er, bij welke organisatie ligt dat nu, hoe doen die dat? En maak eens een plan. Buren, familieleden, woningcoöperaties. Gemeente verwijst meestal door naar team Bemoeizorg. Daar ben ik mee aan de slag gegaan. Cijfers opgevraagd. Ik heb contact gehad met andere organisatie daarover. Ik heb gesprekken gehad met collega's uit Oosterhout: wat houdt het in? Hoe doen jullie dat?”

En hoe vertaalt zich dat dan naar persoonlijke ontwikkeling?

“Het heeft mij veel gebracht. Ik vind het lastig om zo'n organisatie te bellen bijvoorbeeld. Maar door dat project deed ik het wel. Ik ben me door de Talentenscan veel bewuster geworden. Ik ben geen netwerker, ik stap niet gemakkelijk zomaar ergens op af. Ik ben terughoudender. Maar toch, in de jaren dat ik hier nu werk weet ik wel dat ik dat wel moet doen. Ik kan niet steeds op de achtergrond blijven, ik moet die stappen wel zetten”.

“Dus omdat mijn bewustwording is vergroot ben ik alerter en ga ik anders met dingen om. Soms stap ik bewust uit mijn comfortzone. Ik moet er aandacht aan besteden. Mij er toe zetten. Het hoort bij mijn werk vind ik. Dus ook het promoten en van je laten horen.

Door de ervaringen die je opdoet wordt het steeds gemakkelijker. Kijk maar eens naar het ondernemen. Frank komt met dat voorstel over bemoeizorg, dan denk: ja je hebt helemaal gelijk, ik zit hier al vijftien jaar, waarom heb ik daar nooit eerder aan gedacht? Dat maakt dat je ook opener gaat kijken.”

Breder kijken

En er is nog iets. Namelijk de voor mij nu logische vraag: waarom gaan wij het hier niet doen? Dat is iets waar ik nu veel opener in sta. Ik ben iemand die het prima vindt zoals het is, en het ook graag zo houdt. Maar ik weet nu: af en toe moet je echt breder kijken. Vooral binnen het maatschappelijk werk. Je moet wel blijven bestaan, onze dingen goed blijven doen, met de tijd mee veranderen. Dat heeft dit teweeg gebracht. Mijn ogen geopend. Ik kan het wel allemaal prima vinden zoals het is, maar als de aanmeldingen teruglopen dan kan ik blijven wachten of ik kan kijken wat we nog mee zouden kunnen doen, wat we zouden kunnen binnenhalen of uitbreiden.”

“Ik heb er plezier in gekregen en ik vind het zelfs leuk! Heel typisch. Normaal zou ik dat terrein nooit bewandelen, maar nu moet het, ik doe het en het viel niet alleen mee en het gaf ook nog eens een kick!

Nu hebben we echt gekeken, waar liggen mijn persoonlijke uitdagingen. Waar wil ik in groeien. Maar er zijn natuurlijk ook terreinen waar ik mijn kwaliteiten al heb. Wellicht kan ik daar een ander in aanvullen. Nu vind ik het belangrijk om daar als team naar te gaan kijken. Waar ieders kwaliteiten liggen en hoe we gebruik kunnen maken van elkaar.”

Ontwikkelen is permanent

“Het blijft op de agenda staan van ons werkoverleg.

Dit project, deze opdracht is nu klaar, wat zou ik nu willen gaan oppakken?

Een volgende stap ligt echt in de synergie van het team. Als ik goed ben in organiseren kan ik natuurlijk heel goed iets organiseren met een jongerenwerker.

Ik denk dat je individueel meer kijkt naar uitdagingen, als team naar kwaliteiten.

Als individu zoek je ook uitdagingen, als team maak je gebruik van elkaars kwaliteiten. Die twee dingen samen brengen lijkt me ideaal.”

Van rapportscores naar dagelijks werk, hoe gaat dat?

Het lijkt ons een lastige stap om vanuit het talenten-beeld daadwerkelijk tot acties te komen op het gebied van ontwikkeling.

Ontwikkelwijzer

Terug naar Frank. “Ik haal de ontwikkelwijzer erbij”, zegt hij. “Binnen de Welzijnswereld zijn er vooral helpers en laat die nou het beste leren met een on-the-job aanpak! Dus bedenken we samen iets heel praktisch dat direct toegepast wordt in het werk, dus ‘om het echie’!

In die Ontwikkelwijzer staat een heel stappenplan om je dat eigen te maken: kijk eens wat de kansen op de markt zijn, lees er artikelen op na, zoek informatie op, kijk op internet, kies er iets uit. Dat kiezen doen we samen.”

Over het voorbeeld Bemoeizorg

We vertellen Frank het voorbeeld dat Annabel ons gaf, en hij licht dat nog verder toe.

“Klopt, bemoeizorg doen we in Oosterhout en niet in Drimmelen. Bemoeizorg is een vorm van maatschappelijk werk voor mensen die zichzelf verwaarlozen. Zij vragen zelf niet om zorg, willen geen bemoeienis van anderen, maar we gaan daar dan toch langs. Vaak mensen met een verslavingsachtergrond of GGZ verleden. Deze bemoeizorg wordt in Brabant uitgevoerd door GGZ of Novadic Kentron. Maar in Oosterhout valt het onder maatschappelijk werk van Surplus Welzijn. We zetten daarmee niet alleen in op de verslaving of de psychische beperking, maar kijken we, als maatschappelijk werker, breder, we kijken naar het geheel. We boeken daarin goede resultaten. We hebben gezegd: laten we eens kijken of we dat hier in Drimmelen ook kunnen doen.

Annabel moest wat meer naar buiten, dus ga daar maar praten, ga daar eens langs. Een mailtje? Nee geen mailtje! Bellen en er naar toe gaan! Zo'n aanpak vloeit direct voort uit de ontwikkelwijzer. En zo heb ik ze voor iedereen weten te vertalen naar een praktische opdracht waarin de competenties waar de medewerker aan wil werken aan de orde zijn.”

Dynamiek

“In Halderberge hebben we steunpunten die o.a. maaltijden verzorgen. Daarvan vond ik dat er teveel vanuit de zorg werd gedacht: de bedoeling is uiteraard goed, maar het is vooral technisch handelen. Een spuitje geven, een pilletje verstrekken, een pleister plakken. Dus ook eten wordt technisch benaderd: die mensen kunnen niet meer koken, dus een stoommaaltijd, alsjeblieft en smakelijk eten!

Ik heb een medewerker die meer naar buiten moest komen, meer mensen stimuleren, meer moest pionieren en netwerken. Bovendien moest zij meer groeien op resultaatgerichtheid.

Wij hebben toen dit project genomen. Het idee was om eten niet meer te benaderen als iets technisch maar als een sociale activiteit. We gaan vrijwilligers zoeken en die vrijwilligers gaan met die beginnende dementerenden aardappelen halen bij de boer, ingrediënten bij de supermarkten, enzovoort. En degene die misschien niet kan lopen kan wellicht de boontjes doppen.”

Er is een werkplan gemaakt en men is heel praktisch gestart met de uitvoering.

“Dat draait nu als een tierelier en dat is zo leuk om te zien! Die dynamiek die er ontstaat!

Ik heb zelfs een gesprek gehad met iemand van CZ, afdeling Innovatie, die zijn erg geïnteresseerd en we gaan nu zo'n 20-30 mensen benaderen die bij CZ verzekerd zijn. Dan gaan ze de ziektekosten van het afgelopen jaar in beeld brengen en de kosten van het aankomende jaar en kijken of daar verschil in zit. Vanwege het feit dat we de mensen erbij betrekken. Het blijkt dat 15% van de ouderen in Nederland die opgenomen worden in een ziekenhuis ondervoed zijn. Niet omdat zij te weinig eten maar omdat zij te eenzijdig eten. Met name in de dorpen, en dat is onze volgende stap, weten we snel genoeg wanneer iemand overlijdt. Loop daar eens binnen of via de wijkzuster. Ga in gesprek: zit je hier alleen te eten? Dat versterkt ook nog eens het gevoel van eenzaamheid!”

Mensen in Halderberge kregen vroeger een stoommaaltijd en een slabbetje, en als je niet meer kon eten dan werd het lepeltje naar de mond gebracht. Nu is het een heerlijk sociaal tafereel, waar met elkaar boodschappen worden gedaan, wordt gekookt, de tafel wordt gedekt mét een bloemetje erop. Het is een beleving geworden waarbij eten een middel is geworden waardoor mensen prettiger in hun vel zitten en mee kunnen blijven doen.

En de betreffende medewerker? “Dat zie je allemaal duidelijk terug bij haar. Vroeger was zij van het regelen, de structuur, de precisie. Alles perfect geregeld. Zij moest gaan loslaten. Ik zei "Je moet op je handen gaan zitten. Alleen zorgen dat je goede vrijwilligers hebt. Die moet je ondersteunen." Aangezet tot dit ondernemerschap. Je ziet wat het losmaakt.”

Als olie in de raderen

Annabel gaat vanmiddag haar eerste sessie geven van een training Assertiviteit.

Frank vroeg haar een paar weken geleden wanneer zij deze training als geslaagd beschouwt. “Stel je voor je vraagt aan de deelnemers ‘geef jezelf een score op assertiviteit op een schaal van 1 tot 10’. En iedereen geeft zichzelf een 4, want anders melden ze zich hiervoor niet aan natuurlijk. En 10 weken later, nadat je er een heleboel tijd en energie in hebt gestopt, vraag je het nog eens en geeft iedereen zichzelf een 5. Is het dan geslaagd of niet?”

Annabel vindt het feit dat iedereen is gegroeid van een 4 naar een 5 positief.

Frank gaat door. “Oké, het resultaat is van 4 naar 5 en er staan weer 10 mensen op de wachtlijst. Na die 10 weken kom je weer naar mij om een nieuwe training te mogen starten. Dan zeg ik tegen jou: dat gaan we niet meer doen want we schieten er helemaal niets mee op. Een 4 is niks en een 5 is ook niks, behalve dat het ons een hoop energie en geld kost. Hoe ga je mij dan overtuigen om tóch die nieuwe groep te starten?”.

En daar hebben we zo’n druppeltje van talentontwikkeling dat in de raderen van het dagelijks werk vloeit. Dat geeft effect. “Het dwingt in dit geval om na te denken over het resultaat”, zegt Frank. “Begrijp me goed, ze weten dat ik dat spel speel en hun uitdaag. Meer belang heeft het niet, als jij vindt dat je je werk goed doet op die manier dan ik er best in meegaan dat het voor die mensen prima is. Maar de vanzelfsprekendheid die we vroeger hadden ‘we hebben 10 bijeenkomsten gehad, we zijn met 10 gestart, we zijn ook met 10 geëindigd dus het is geslaagd’, dat raken we geleidelijk kwijt”.

 

We gebruiken noodzakelijke cookies om onze site te laten werken en u de meest relevante ervaring te geven door uw voorkeuren en herhaalde bezoeken te onthouden. Door op "Accepteer alle" te klikken, geeft u toestemming voor het gebruik van alle cookies, of u kunt ze weigeren door op "Weiger alle" te klikken. Bekijk onze Privacy policy